Aanleg Kelder/appartementencomplex te Veghel
1. Inleiding
In het kader van de realisatie van een nieuw appartementencomplex is een omvangrijke bodemsanering uitgevoerd. Voorafgaand aan de bouw diende een kuip te worden ontgraven, waarbij duidelijk werd dat de vrijkomende grondstromen heterogeen van samenstelling waren. Dit bracht de noodzaak met zich mee om de grondstromen zorgvuldig te scheiden en volgens de geldende milieukundige richtlijnen af te voeren.
2. Probleemstelling
Tijdens de voorbereiding werd aangenomen dat de aanwezigheid van bijmenging een directe indicator zou zijn voor een overschrijding van de interventiewaarde voor lood. De verwachting was dat alle grond met bijmenging automatisch als sterk verontreinigd moest worden afgevoerd.
Daarnaast was sprake van:
PFOS-verdachte en PFOS-onverdachte grond
Grondstromen met en zonder bijmenging
Een deel van de grond waarin loodverontreiniging aanwezig was
De uitdaging was om deze verschillende stromen efficiënt te scheiden en de kosten voor de opdrachtgever zo laag mogelijk te houden.
3. Werkwijze
Als MKB-ondernemer was ik verantwoordelijk voor de scheiding en afvoer van de vrijkomende grondstromen. Hierbij is de volgende aanpak toegepast:
Indeling in vier hoofdcategorieën:
PFOS-verdachte grond
PFOS-onverdachte grond
Grond met bijmenging
Grond zonder bijmenging
Toepassing van de XRF-meter:
Tijdens de uitvoering bleek dat de veronderstelling uit de documentatie niet overal klopte: niet alle grond met bijmenging overschreed de interventiewaarde voor lood. Met behulp van indicatieve XRF-metingen heb ik onderscheid gemaakt tussen:Grond met loodgehalten boven de interventiewaarde
Grond met loodgehalten onder de interventiewaarde
Inrichting van depots:
Door dit onderscheid kon ik een extra depot creëren voor grond met bijmenging die géén interventiewaarde-overschrijding vertoonde. Uiteindelijk zijn er vijf afzonderlijke depots ingericht.Samenwerking en keuring:
In nauw overleg met Geofoxx zijn de depots afzonderlijk gekeurd. Vervolgens is de afvoer van de verschillende stromen op efficiënte wijze georganiseerd.
4. Resultaten
Het gebruik van de XRF-meter maakte het mogelijk om onnodige afvoer van licht verontreinigde grond als zwaar verontreinigd te voorkomen.
Er is een extra depot ontstaan, waarmee de verwerkingskosten voor de opdrachtgever aanzienlijk konden worden beperkt.
De partij grond met bijmenging die de interventiewaarde voor lood niet overschreed, is verkocht en nuttig toegepast in een ander project.
Door de zorgvuldige scheiding en verwerking van de grond is de sanering succesvol afgerond en kon de bouw van het wooncomplex doorgang vinden.
5. Conclusie
De casus toont aan dat het kritisch toetsen van uitgangsdocumentatie in de praktijk essentieel is. Waar initieel werd aangenomen dat alle bijmenging gelijk stond aan een overschrijding van de interventiewaarde voor lood, bleek dit niet het geval. Door het inzetten van de XRF-meter en het efficiënt inrichten van depots is een kostenbesparing gerealiseerd én hergebruik van grond mogelijk gemaakt. Dit heeft niet alleen de opdrachtgever financieel voordeel opgeleverd, maar ook bijgedragen aan een duurzamere omgang met vrijkomende grondstromen.